Het is eind november en het is stil geworden in de polder. Dagjesmensen blijven in de stad. De racefietsers laten het af weten. Het is te koud en te nat geworden. Een enkele keer zie ik nog een vogelaar en verder blijven de hondenbezitters wel komen, maar het rondje dat ze lopen wordt steeds korter. Kortom ik sta soms uren alleen met de schapen in de polder.
Erg leuk om dit te begeleiden, maar het is ook weer prima om weer enkele weken alleen op pad te gaan. De eenzaamheid of laten we liever zeggen: “het alleen zijn” is voor mij geen enkel probleem. Nee, er is een ander fenomeen, dat veel lastiger is en dat is namelijk de “Kou”
De “Kou” moet overwonnen worden! Nu zult u zeggen: “Daar heb je tegenwoordig goede kleding voor, thermo-ondergoed, thermolaarzen, gewatteerde handschoenen, een canvasjas, leren hoed etc.”
Klopt: ik heb het ook allemaal, maar toch… toch is het voor mij een aandachtspunt. Zolang ik in beweging ben is het geen groot probleem, het bewegen geeft voldoende warmte-energie in combinatie met goede kleding, dat ik de hele dag wel buiten kan zijn. Maar… een herder staat vaak lang stil. Als dat in de duinen is, of op de hei, zijn daar vaak wel plekken waar de herder kan schuilen tegen de ijzige wind. Maar in de polder is het toch anders. Daar in de open vlakte moet de herder het weer maar nemen zoals het is. Deze maand heb ik zo’n eerste koude dag gehad. Een pittige wind, paar graden boven nul en de hele dag regen. Ik loop dan maar rondjes om de schapen heen om warm te blijven. Functioneel, dat wel, maar… het ziet er niet uit en… het is erg eentonig.
Wat hieraan vooraf ging…
Week 1:
Het ergerde me al een paar keer bij het passeren van een sloot dat daar een hele grote zware tractorband in lag. “Dat ding moet er een keer met een tractor uitgehaald worden,” dacht ik. Maar hoe gaat dat, aan het einde van de dag heb ik zoveel meegemaakt en dan ben ik die hele band al weer vergeten en trouwens, boer Aad ziet mij aankomen, hij heeft genoeg te doen…
Ik kreeg toen het volgende idee: geen passanten meer in de polder, geen praatjes meer, gewoon hup.. ik ga aan het werk!
Ik heb van thuis wat touwen meegenomen en ik sta half in de water en half op de kant (heb wel goede laarzen aan) en probeer het touw om de grote band vast te maken. Na verschillende pogingen lukt het mij. En dan komt de strijd: blijft die band daar in die sloot of… trek ik “de vijand” eruit? Ik ga, tegen beter weten in, aan de slag.
Ik trek en sjor aan het touw, neem regelmatig even rust om te kijken hoe het met de kudde gaat en ga dan weer verder met deze “total body workout” en ja, uiteindelijk… uiteindelijk heb ik de band er toch uitgekregen. De band zit vol met bagger en water en dat maakt het mega-zwaar.
Na een uur heb ik dat ding op de kant en ik besluit dat het voor vandaag genoeg geweest is. Voldaan ga ik op mijn krukje zitten en neem een bak koffie. Volgende week is er weer een dag en als het dan koud is ga ik over in plan B. Ik ga op stap met de kudde en heb verder een heerlijke dag.
Week 2:
Ik ben weer lekker aan het lopen en was helemaal die tractorband vergeten, maar toen ik de sloot passeerde, zag ik weer die band in de slootkant liggen en dacht: “Oja, dat was zo’n sportprojectje van mij.” Het was nu wat minder koud maar ik besloot toch om de band uit de kant te halen en hem naar een andere plek te brengen.
Die plek is aan de andere kant van het weiland, de asfaltweg oversteken en daar ligt een grote betonnen plaat. Heel vroeger heeft hier een koeienstal gestaan, deze is vergaan, de opstanden zijn afgevoerd en wat rest is de betonnen vloer. “Vergane glorie” maar ik vind dit wel een mooie plek om daar die tractorband neer te leggen. Het is een mooie “sportvloer”.
Natuurlijk kan ik de band nu rollend naar deze plek krijgen, maar ja dat kost niet zo gek veel energie en dan ben ik er binnen tien minuten.
Nee, ik besluit om de tractorband al kantelend steeds een stukje op te schuiven naar de door mij bedachte plek. Een op dat moment passerende fietser schudt meewarig zijn hoofd. Ik heb geen zin om alles uit te leggen, dus ik ga door met mijn “work-out”.
Op diverse spiergroepen wordt een appèl gedaan, armspieren, beenspieren en de rug, alles komt aan de beurt. Voldaan kijk ik na een uurtje naar de band. Hij ligt toch maar mooi op de betonnen plaat.
Ik ga weer verder met de kudde en ik hou me van de rest van de dag gedeisd. Het is een heerlijke dag geworden.
Week 3:Het is een gure dag, koud en nat, erg nat zelfs, het regent de hele dag. Ik heb mijn kraag goed opgestoken en loop voor het eerst met handschoenen. Tegen elven heb ik het zo koud gekregen dat ik besluit om naar de plek te gaan waar de tractorband ligt.
Daar aangekomen heeft de kudde lekker de tijd om het verse gras te eten. Hond Kita houdt de kudde in de gaten en ik loop naar de betonnen vloer voor wat sportoefeningen…
Holy schapenkeutels!… “Waar is die tractorband nou gebleven, nergens te zien, niet in de slootkant, niet achter de struiken en niet op de vloer… Tjonge jonge, dat heb ik weer… Alle moeite van de laatste twee weken voor niets geweest!” Ik besluit om maar wat rondjes om de kudde te lopen, zodat ik het toch warm houd.
Maar vandaag is het zo koud, niemand komt naar buiten en ik zie de mensen roerloos zitten in de houten gebouwen, turend naar hun beeldscherm. Ik zwaai een keer naar de houten gebouwen, ik zie tientallen mensen in diverse kamers zitten, maar… logisch… er is niemand die terug zwaait. Wat valt er met dit weer voor hen buiten te zien? Onze afstand is circa 300 meter, maar wat een verschil… het zijn twee verschillende werelden… en ik denk aan de tegenstellingen van deze twee werelden… het ontwikkelen van de verlengde A4 en het hoeden van een schaapskudde…
Warmte en koude…
Droog en nat…
Techniek en natuur…
Hitech en nostalgie…
“Vastzitten” en vrijheid…
Toekomst en verleden…
Ik zet mijn voettocht verder en laat mijmerend de moderne wereld achter mij.
Het einde van de middag nadert en ik ben op weg met de kudde naar de nachtwei. Boer Aad komt nog even snel langs rijden, hij is op “doortocht”.
Aad is de grote regelneef/coördinator in dit gebied, groot 300 ha. Eén van zijn taken is dat dit recreatieve gebied met een agrarisch karakter schoon blijft, dus de slootkanten moeten in het najaar ontdaan worden van riet. De wilgen moeten geknot worden, de weilanden moeten op tijd gemaaid of begraast worden, de parkeerplaatsen moeten schoon blijven, zwerfvuil moet opgeruimd worden etc. etc.
Op het moment dat hij zijn auto in wil stappen, vraag ik hem nog: “Oja, heb jij misschien nog een grote tractorband gezien?” “Ja,” antwoordt hij: “Eén of andere onverlaat heeft daar op die betonvloer een megaband neergedonderd vorige week, ben verdorie drie kwartier bezig geweest om dat pokke ding op mijn pick-uppie te krijgen! Gek word ik van die lui die hier alles maar neerdonderen!” “Ja, dat vind ik…”antwoord ik, maar Aad geeft al gas en weg is hij.
Maar ja… waar laat ik zo’n band…?
Misschien verzamelen voor een fietsenrek? https://steigerhout-recycling.nl/autobanden/fietsenrek-van-autobanden/ |