Het is maandag en voor mij een “gewone” werkdag. Dit keer ben ik dus niet bij de kudde van Vockestaert.
Ik ontvang een school bij mij op het outdoorcentrum in Monster. De kinderen hebben een verstandelijke beperking. Ze gaan vandaag o.a. kanovaren, boogschieten, steppen, vlotten bouwen en vuur maken.
Er is een klein groepje met 5 meisjes (10-11 jaar) dat niet bij het water mag komen. De docenten hadden mij gevraagd om voor dit groepje een alternatief te bedenken.
Mijn buurman heeft 2 schapen lopen op een landje en ik kreeg toestemming om daar met mijn hond iets te laten zien. Ik neem de vijf kinderen mee naar het weilandje en ik laat zien wat de hond Kita kan.
Ik zie de kinderen voor het eerst en weet dus niet wat hun verstandelijke beperking is. Een meisje praat honderd uit en stelt alleen maar vragen, een ander meisje, laten we haar Christa noemen, kijkt voor zich uit en reageert niet op mijn vragen, ik zie ook geen mimiek. Ik ga aan de slag met Kita met de voor haar gebruikelijke commando’s: Away… Come Bye… Easy… LIE DOWN etc.
Na een minuut of twintig stop ik ermee, loop naar het deurtje van het hek, waar de kinderen vanaf die plek alles gezien hebben. Ik sta nog wat na te praten met de juffrouw en een paar kinderen.
Ik geef Christa een compliment dat ze goed met dieren om kan gaan.
De activiteiten gaan die dag verder, het is mooi weer er wordt gelachen, gezwommen en de kids hebben plezier. Aan het einde van de dag komt Christa naar mij toe en vraagt: “Wanneer komt de hond?” Ik vraag haar: “Zou je dat leuk vinden?”, maar ze reageert niet.